Praktijkexamens
Wat wordt er beoordeeld bij een praktijkexamen?
In de rijprocedure B wordt het meest wenselijk rijgedrag beschreven.
De Rijprocedure B kan op verzoek worden gemaild, maar je kan hem ook zelf opzoeken.
Hoofdstuk 1 gaat over de bediening en beheersing van het voertuig en milieubewust rijgedrag.
In hoofdstuk 2 wordt het gewenste, aangepaste, besluit-vaardige en sociale rijgedrag beschreven dat vereist is voor een veilige deelname aan het verkeer.
De onderwerpen in hoofdstukken 1 en 2 hebben een algemeen karakter en zijn van toepassing op alle examenonderdelen die in hoofdstuk 3 worden beschreven.
De zeven onderdelen verkeersdeelneming die in hoofdstuk 3 van de Rijprocedure worden beschreven vormen de examenonderdelen van het praktijkexamen.
- wegrijden
- rijden op rechte en bochtige weggedeelten
- gedrag nabij en op kruispunten
- invoegen – uitvoegen
- inhalen – zijdelings verplaatsen
- gedrag nabij en op bijzondere weggedeelten (in-/uitrit/erf/overweg/v.o.p./trambushalte/rotonde)
- bijzondere verrichtingen.
Voor elk van die examenonderdelen worden voor de bepaling van de rijvaardigheid de volgende onderwerpen van beoordeling gehanteerd:
- rijklaar maken en bediening/beheersing
- milieubewust rijgedrag
- aangepast en besluitvaardig rijden
- belangen andere weggebruikers
- kijkgedrag
- voorrang verlenen/voor laten gaan
- plaats op de weg/plaats van handelen
- afstand houden
- snelheid
- reageren op verkeerslichten/aanwijzingen
- reageren op overige tekens
- geven van/reageren op signalen
- vertragen/remmen/stoppen.
De onderwerpen 1 en 2 zijn beschreven in hoofdstuk 1 van deze Rijprocedure, de onderwerpen 3 en 4 in hoofdstuk 2. De onderwerpen 5 t/m 13 worden, voor zover van toepassing, behandeld in elk van de zeven onderdelen van hoofdstuk 3.